‘Mijn toekomst ligt hier in Nederland’

Het is iets na elven in de ochtend als ik het Vluchtgebouw – een oud kantoorpand – betreed. Het valt mij op dat de leuningen van de trap zijn afgezet met politielint. Van een foto die ik eerder op Twitter had gezien, weet ik dat dit de plek is waar Ibrahim viel en zijn nekwervel brak. Een moment later zie ik Ilhaam (30). Ik vraag aan haar, voor de zekerheid, of dit de plek is waar Ibrahim viel. Het is inderdaad die plek. ‘Het gaat met Ibrahim beter, AlHamdulillah’.

Vier jaar geleden vluchtte Ilhaam van Jemen naar Nederland, met Duitsland als tussenstop. ‘Ik ben in Saudi-Arabië geboren. Toen ik tien of elf jaar was, ben ik naar Jemen gegaan met mijn familie.’ Alle vluchtelingen van het Vluchtgebouw hebben hun familie achtergelaten in het land van herkomst. Ik weet niet of de andere vluchtelingen uit het Vluchtgebouw nog contact hebben met hun familie, maar Ilhaam heeft dat in ieder geval niet meer. ‘Dat is erg moeilijk. Ik heb hun echt gemist. Ik heb op de televisie gehoord dat het niet goed gaat met Jemen. Soms wil ik niets horen, omdat ik niets voor hen kan doen. Ik hoop dat het goed gaat met hen.’

Ilhaam werd, net als de meeste vluchtelingen in Nederland, opgevangen in het asielzoekerscentrum van Ter Apel. Daar vindt een procedure van zes dagen plaats. ‘Eerst moest ik naar Ter Apel om asiel aan te vragen. Ze nemen vingerafdrukken en foto’s van je in Ter Apel.’

‘Ik ben dan verhuisd naar het asielzoekerscentrum Crailo, in Bussum. Ik heb daar anderhalf jaar gezeten. In Crailo woonde ik met vier vrouwen in een kamer. De kamer waarin we verbleven was best groot. Nadat ik was uitgeprocedeerd (2010), kwam ik op straat terecht. Ik ben vervolgens verhuisd naar Rotterdam, naar de Pauluskerk.’ Nadat Ilhaam zes maanden in de Pauluskerk heeft doorgebracht, moet ze naar een andere opvang die is verbonden aan de Pauluskerk. Als Ilhaam daar ook weg moet, komt ze weer terecht in Ter Apel (2011). Dit keer verblijft ze in een tentenkamp, wat is opgezet door vrijwilligers.

In Den Bosch mag Ilhaam wel verblijven in het asielzoekerscentrum. Ook dit is van korte tijd, want daarna slaapt ze in een tentenkamp in Den Bosch. ‘Van Den Bosch ging ik naar AZC Almere. Daar moest ik ook weg. Vanaf dat moment sloot ik me aan bij Wij Zijn Hier.’ Wij Zijn Hier verbleef nog, toen Ilhaam zich aansloot, in het Vluchtkantoor. Daarvoor was Wij Zijn Hier in de Vluchtflat en de Vluchtkerk gevestigd. Na het Vluchtkantoor werd de groep in tweeën gesplitst. Het ene deel, inclusief Ilhaam, kreeg van de gemeente Amsterdam onderdak in de Vluchthaven, terwijl het andere deel eerst op straat leefde en daarna de Vluchtgarage had gekraakt. Na zes maanden moest de groep uit de Vluchthaven. De vluchtelingen kwamen toen terecht in de Vluchtopvang. Op een gegeven moment moesten ze daar ook uit. De vluchtelingen verbleven daarna anderhalve week in de Vluchtschool. Uiteindelijk kwamen ze terecht in het Vluchtgebouw.

Als je telkens van locatie wisselt, is het moeilijk om hoop te houden. Althans, dat is wat ik ervan denk. ‘Ik kan niet anders!’, zegt Ilhaam als ik haar vraag hoe ze die hoop houdt. Oftewel: ‘Er is geen optie.’

Ilhaam wil graag geneeskunde studeren als ze haar verblijfsvergunning zou krijgen. Ik vraag vervolgens of daar een speciale reden voor is. Ja, die is er: ‘Toen mijn vader overleed door een hartziekte kon ik hem niet helpen.’

Ik vraag aan Ilhaam of de negatieve reacties die ze krijgt iets met haar doet. Ze haalt haar schouders op en tegelijkertijd zegt ze dat ze het negeert. Het debat over vluchtelingen is een onderwerp waar de meningen over verdeeld zijn. ‘Er moet een structurele oplossing komen voor de vluchtelingen. Vluchtelingen hebben alles achtergelaten, ze komen hier niet voor niets. Ze kunnen ook niet terug!’

Ik begin weer over Ibrahim Touré. Hij viel van de trap nadat de trapleuning brak. Dit gebeurde op 26 augustus. ‘De politie wilde niet binnenkomen, omdat er asbest zou zijn. Stel je het eens voor: toen moesten wij hem zelf naar buiten brengen. Er is alleen in één ruimte asbest. Daar mogen we niet in.’

Om de tijd te doden leest Ilhaam boeken. Het boek dat ze nu leest, is van Khalid Husseini. Ze houdt ervan om medische boeken te lezen. Of er een ander boek is dat Ilhaam graag zou lezen? Ja, de autobiografie van Oprah Winfrey. Ze kijkt ook af en toe naar films – vooral wanneer ze door vriendinnen wordt uitgenodigd. Sinds ze in Nederland woont, heeft ze gemerkt dat sommige zaken er anders aan toe gaan, zoals het vieren van verjaardagen. Ilhaam kan zich overigens nog de eerste keer dat ze sneeuw zag goed herinneren. Ze noemt dat moment ‘speciaal’.

Als ze de kans zou krijgen om zelf een boek te schrijven, zou dat boek het verhaal van Wij Zijn Hier vertellen. Ik ben benieuwd of het dan non-fictie of fictie betreft. Ze twijfelt. Eerst kiest Ilhaam voor een non-fictie boek, maar daarna wordt het toch een roman die is gebaseerd op de werkelijkheid.

Wij Zijn hier demonstreert regelmatig. Volgens Ilhaam heeft protesteren zeker effect: ‘Sommige mensen hadden helemaal geen idee van de vluchtelingen, nu wel. Het doel van ons is om zichtbaar te zijn, aandacht te krijgen en naar een oplossing te zoeken.’

Voor de invoering van de Koppelingswet in 1998 had een vluchteling die in Nederland verbleef recht op sociale uitkeringen, het ziekenfonds, huursubsidie en onderwijs. Nu is dat niet meer het geval.’De politie zegt ‘Dit mag je niet doen’, maar diezelfde politie vertelt je niet wat je rechten zijn.’
Wij Zijn Hier leeft van donaties en vrijwilligers. De gemeente geeft geen hulp. ‘Lukt dat?’, vraag ik vervolgens. ‘Ja zeker wel, mensen brengen hier bijvoorbeeld eten.’, antwoordt Ilhaam vervolgens mee. ‘Maar jullie eten wel voldoende?’ is mijn vraag daarop. ‘Ja, AlHamdulillah!’ zegt Ilhaam dan.

De lezersvragen


Waarom vinden jullie het zo belangrijk om te protesteren als je toch kunt wachten op een pardon?- Marie Hemelrijk
‘Hoe kunnen wij wachten totdat iemand doodgaat? We kunnen niet werken en studeren. Ik heb helemaal geen basisleven en geen opvang. Ik heb niets eigenlijk.’

Hoe is de behandeling door de AZC’s of tijdens de procedure in het algemeen? Is de behandeling sociaal en menselijk of juist niet?- André
‘Voor mij waren ze vriendelijk. Maar als je geen verblijfsvergunning hebt word je asociaal behandeld. Sommige ambtenaren zijn te streng, met hen hoef je beter niet te praten.’

Hoe zien jullie de toekomst in Nederland. Aan de ene kant met de problemen die je tegenkomt? Maar aan de andere kant ook de positieve dingen?- André
‘Mijn toekomst ligt hier in Nederland. Ik wil graag medicijnen studeren. Daarna wil ik een man vinden, trouwen en kinderen krijgen. Ik wil deze dromen graag waar maken. Misschien zou ik ook wel een boek willen schrijven.’

Wat vinden jullie het vreemdste eten dat jullie hebben gehad in Nederland?- Ramona
‘Haring, dat vond ik vies. De eerste keer dacht ik dat het gekookt was. Maar als vis gekookt is, vind ik het wel lekker. Dat was overigens in AZC Crailo.’

Wat is jullie lievelingskleur?- Ramona
‘Roze!’

Welke van de locaties vonden jullie het ‘fijnst’ om in te leven?-Ramona
‘Sowieso was geen enkele locatie fijn.’

Ik: ‘Laat ik het anders zeggen: welke locatie bood jullie de meeste zekerheid?’
‘De Vluchthaven, omdat het door de gemeente was geregeld en we verzekerd waren.’

Alle vragen zijn beantwoord, maar toch probeer ik er een te bedenken. Dat lukt me. Ik vraag aan Ilhaam of ze nog iets wil zeggen voordat ik vertrek. Ze antwoordt met: ‘Ja, namelijk dat mensen een kijkje moeten nemen in het Vluchtgebouw.’


Vluchtgarage: Kralenbeek 100, 1104 KB Amsterdam Zuid-Oost
Vluchtgebouw: Jan Tooropstraat 649, 1061 AE Amsterdam

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.